Gedeputeerde Pim van den Berg: ‘Amersfoort moet het Calimerogevoel echt van zich afwerpen’

door John Spijkerman
27 februari 2019om 16:53u

Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 siert zijn hoofd in posterformaat nog levensgroot de lantaarnpalen op de toegangswegen naar de binnenstad. Pim van den Berg is dan de personificatie van D66 Amersfoort. Voortgestuwd door het landelijke succes, bezorgt Van den Berg de Democraten een klinkende verkiezingsoverwinning. Negen zetels bezet de partij in de gemeenteraad. Het levert twee wethouders op in het college. Een ongekende luxepositie. Maar op het moment dat het tijd is om te oogsten, verlaat Pim van den Berg de Amersfoortse politiek om in april 2015 gedeputeerde te worden in de provincie Utrecht. In zijn nieuwe rol als provinciebestuurder komt hij het Amersfoortse gemeentebestuur opnieuw tegen. Zo is er bijvoorbeeld het conflict over de komst van megastore Decathlon in Vathorst en het schrappen van kantoren in Amersfoort.

1 Portret Pim van den Berg.jpgHet is eind 2014. De provincie Utrecht heeft de gemeente Amersfoort net onder financieel preventief toezicht gesteld. De Amersfoortse begroting voor 2015 is volgens Gedeputeerde Staten ‘niet structureel en reëel sluitend’. In de maanden erna stelt wethouder Buijtelaar alles in het werk om zo snel mogelijk onder de beschamende financiële controle door de provincie uit te komen. En juist op dat moment maakt Van den Berg de overstap naar het Provinciehuis. ,,Dat is mij weleens nagedragen dat ik ben weggegaan’’, vertelt Van den Berg. Hij heeft net een cappuccino besteld. ,,Ik vond dat niet helemaal onterecht. Het is een dilemma als je een eclatante overwinning hebt geboekt. Ik kan me heel goed voorstellen als mensen zeggen. ‘Het was zo mooi geweest als Pim was gebleven’. Misschien een beetje arrogant van me, maar ik heb het wel veel gehoord.’’ 

D66 haalde hem ‘vanwege zijn strategisch inzicht en het vermogen om te verbinden en inspireren’ in 2015 naar de provincie. Ook zijn ervaring als interim-manager met complexe projecten, was een aanbeveling. Als planoloog werkte hij op het terrein van de Volkshuisvesting. Zo’n iemand konden ze bij de provincie en D66 wel gebruiken. Waar Amersfoorter Van den Berg in 2015 kwam, vertrok de Amersfoortse VVD-gedeputeerde en oud-gediende Remco van Lunteren. In de portefeuille van Van den Berg zaten de onderwerpen Economie en Toerisme, Energietransitie, Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen en Binnenstedelijke Ontwikkeling.

Pim van den Berg is een charmant gesprekspartner. Hij wil graag ‘in control’ zijn, is ad rem en beschikt over een grote dosis feitenkennis. Hij combineert een sterke verbale begaafdheid aan een politieke slimheid: een pragmatisch politicus, die naar oplossingen zoekt. ,,Ik heb niet zo veel met de begrippen links en rechts’’, vertelt hij. ,,Volgens mij zijn dat verouderde begrippen. Ik vind aan het milieu ook niks links. Misschien wordt dat wat meer links geadopteerd. Volgens mij is het klimaatprobleem van links tot rechts een onomkeerbaar verschijnsel. Ik ben praktisch ingesteld en ik hou de wat langere lijnen in de gaten.’’

Voor de Provinciale Statenverkiezingen van 20 maart 2019 is Van den Berg als ‘lijstduwer’ toegevoegd aan de D66 kandidatenlijst. Hij staat helemaal onderaan op de lijst op plek 50. ,,Ik geef hiermee aan dat mocht D66 terugkomen in de staten en ze doen niet mee in het college, ik niet beschikbaar ben om als statenlid in de fractie te gaan zitten’’, zegt hij diplomatiek. Maar of hij als gedeputeerde wil terugkeren in een nieuw te vormen college, zegt hij niet. ,,Er zijn vele mensen die beschikbaar zijn om gedeputeerde te worden. Het is me goed bevallen. Het is me heel goed bevallen.’’ 

Wat de rol van de Democraten na de verkiezingen zal zijn binnen de provincie is overigens nog maar de vraag. De peilingen voorspellen een dramatisch verlies voor D66, maar Van den Berg blijft optimistisch. ,,Traditioneel doen linkse partijen het niet zo goed bij de provinciale verkiezingen omdat het vaak stadse partijen zijn. Bij provinciale verkiezingen is de opkomst in het landelijke deel wat hoger dan in de steden. Mijn politieke ‘gut feeling’ zegt me dat wij wel nodig zijn, in welke combinatie er straks ook komt.’’

Van den Berg is trots op zijn woonplaats. ,,Je mag verschrikkelijk trots zijn op een stad die zo ongelooflijk aan de weg timmert op heel veel vlakken. Je oren laten hangen naar ‘We zijn kleiner’ of ‘Ze zien ons niet’, schei toch uit.’’ Amersfoort moet eens ophouden, met dat gevoel dat de gemeente altijd op de tweede plaats komt in de provincie, vindt hij. ,,Het zit wel een beetje in de genen van Amersfoort. Ik ben niet gelovig, maar sommigen zeggen het iets met het christendom te maken heeft. Utrecht is katholiek en wij protestants-christelijk. Het kan ook te maken hebben met een teleurstelling op een dossier, maar stap daar in hemelsnaam overheen. Dat is niet meer van deze tijd. Dat Calimerogevoel moet Amersfoort echt van zich afwerpen.’’

Kraker

Sinds 1980 woont Van den Berg in Amersfoort. Hij is in die tijd een echte Keientrekker geworden. Alhoewel… ,,Ik woon tegen de rand van de binnenstad aan: 75 meter van De Kei, het icoon van Amersfoort. Een beetje een truttig icoon, vind ik.‘’ Zijn roots liggen in Amsterdam. Hij vertelt over zijn vader die ook politiek actief was. ,,Mijn vader was en is misschien nog steeds communist. Hij was journalist bij De Waarheid. De enige echte krant van Nederland’’, grapt Van den Berg. ,,Hij was betrokken bij de oprichting van GroenLinks. Ik heb ook een tijd niet bij hem gewoond, bij tantes en ooms en in jeugdhuizen. Ik heb op veel plekken in Nederland gewoond. Enkhuizen, Monnikendam, Zwolle en in Amersfoort.’’ Politiek hoort dus een beetje bij de familie. Behalve zijn vader die van CPN huize kwam, was een opa SDAP-raadslid in Amsterdam. ,,En ik moet mijn zoon ook nog even noemen. Hij is hoofd van het fractiebureau van de PvdA in de gemeenteraad van Amsterdam. Die heb ik natuurlijk meteen onterfd, dat begrijp je’’, lacht hij. 

,,In 1980 ben ik in Amersfoort komen wonen, in een woongroep. Ik was altijd wel politiek geëngageerd, in de zin van kraken. Dat heb ik in Amersfoort ook wel gedaan: de boerderij aan de Zwarte Steeg en niet te vergeten de Grachtkerk, tegenwoordig theater de Lieve Vrouw, waar we met twaalf man naar binnen zijn gestormd.’’ Is hij dan een voorstander van burgerlijke ongehoorzaamheid? ,,Nee, ik ben een voorstander van collectieve actie en soms moet je daarbij de randen van wat mag opzoeken, maar je mag er nooit over heen. En toen dacht ik ‘Ik wil de wereld verbeteren’ en toen ben ik de politiek in gegaan. Ik hield me bezig met lokale politiek omdat ik vond...’’, Van den Berg buigt voorover naar de mobiele telefoon die in het midden van het tafeltje ligt en die als geluidsrecorder dient. Hij kijkt me lachend en uitdagend aan en spreekt hard in de microfoon. ,,Omdat ik vond dat de Amersfoortse Courant niet echt een krant was die de sociale werkelijkheid vertolkte.’’

In Amersfoort kwam hij terecht bij Tegendruk, een onafhankelijke stadskrant. ,,Het was de opvolger van de Keivreter. En we hebben zo’n drie jaar lang Tegendruk verkocht in allerlei cafés en op station en op zaterdag stonden we op de markt.’’ Toen hij in Amersfoort kwam, studeerde hij in Amsterdam: Westerse sociologie en culturele antropologie. ,,Ik heb ook nog drie jaar in Amsterdam gewoond, om verder te studeren. Ik ben uiteindelijk afgestudeerd met als kopstudie planologie. En ik was al ingenieur in de weg- en waterbouwkunde. Na drie jaar ben ik weer teruggekomen in Amersfoort.’’
Van den Berg werd actief in de wijkraad die werd opgericht nadat bekend werd dat er een heel groot flatgebouw zou komen op de plek van de oude Pon-garage. ,,Daar waar nu de Plus supermarkt zit. Het moesten een van de nieuwe poorten van de stad worden, maar dat vonden wij een beetje overdreven, zo vlak achter een woonwijk.’’

Koppelverkoop

Voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 werd hij gevraagd om de vele lokale partijen in Amersfoort bij elkaar te brengen. ,,Je had Amersfoort CC, Hart van Amersfoort, de BPA en Leefbaar Amersfoort. De vraag was of we een lokale politieke partij konden oprichten. De BPA haakte al snel af.’’ Voor de verkiezingen van 2006 gingen lokalen, D66 en onafhankelijken op in Jouw Amersfoort (JA). Die partij behaalde drie zetels. Van den Berg werd vier jaar lang raadslid voor JA. ,,En vier maanden voor de verkiezingen in 2010 besloot D66 weer zelfstandig mee te doen en werd Jouw Amersfoort opgeheven. Wij zijn toen overgegaan naar D66.’’ 

Na de gemeenteraadsverkiezingen van 2010, waar D66 vijf zetels haalde, deed Van den Berg de coalitieonderhandelingen namens de Democraten. Toen vond ook de zogenaamde ‘koppelverkoop’ plaats. De VVD ‘kreeg’ de westelijke ontsluiting en D66 een groen Beekdal. Mirjam Barendregt werd wethouder en Van den Berg D66-fractievoorzitter. Zijn politieke carrière raakte in een stroomversnelling door het Eemhuisdebacle. De miljoenenoverschrijding bij de bouw van het Eemhuis kostte D66 wethouder Barendregt de kop. Van den Berg werd haar opvolger.
Met het groene Beekdal is Van den Berg nog steeds blij. ,,Politiek is compromissen maken. Wij vonden het belangrijk het Beekdal tot op het Stadshart groen te houden. Persoonlijk denk ik dat de westelijke ontsluiting geen verstandige keuze is of was, maar als je mee wil doen om meerdere zaken in de stad Amersfoort en in de provincie voor elkaar te krijgen, dan is het geven en nemen. Dat is lastig uit te leggen aan de inwoners, zeker als het controversiële projecten zijn. Ik blijf erbij dat ik het heel belangrijk vind dat wij een heel mooi park in Amersfoort hebben teruggelegd.’’

Het groene Beekdal ziet hij dan ook zijn belangrijkste prestatie als wethouder. ,,Maar ik moet de credits geven aan een aantal partijen rondom het park. Er zijn zo’n 300 mensen aan het tekenen geweest. Ik heb alleen vier cornervlaggen gezet en gezegd ‘Volgens mij moet het groen blijven, en meer niet’. De inwoners zijn aan het ontwerpen geslagen, bureaus erbij. Ik heb daar geld voor geregeld. Ook de opbrengsten van het ketelhuis, het witte huis en het gekleurde huis dat nu gebouwd is, wordt teruggeploegd in de exploitatie, het beheer en onderhoud voor dat park. Tien jaar lang. Het zijn vooral de inwoners geweest die dat park vorm hebben gegeven.’’

Ik vraag Van den Berg wat zijn grootste bestuurlijke fout is geweest. ,,Mijn arrogantie is natuurlijk dat ik geen fouten zou hebben gemaakt’’, antwoordt hij om tijd te winnen om na te denken. ,,Ik denk dat ik in mijn tijd als wethouder de cultuur steviger ondersteund had mogen worden. Ik had de cultuurportefeuille in een periode dat we twintig procent moesten bezuinigen. Ik denk dat Amersfoort op het terrein van cultuur wat verwaarloosd is. Daar ben ik debet aan geweest.’’ Klaarblijkelijk is hij niet helemaal tevreden over zijn antwoord. Aan het eind van het gesprek, zal hij er op terugkomen.

Wat is het verschil in het leven van een wethouder en een gedeputeerde?

,,Beide rollen liggen me goed. Maar ik vind het ook belangrijk om soms wat verder te kijken en niet alleen met het hier en nu bezig te zijn in de gemeenteraad op een detailniveau dat ik denk ‘Het zou fijn zijn als we als raad zouden besluiten dit te gaan doen, in plaats van het onderwerp zes keer terug te laten komen, omdat het politiek ingewikkeld ligt’.
Het mooie van wethouder zijn, is dat je kunt realiseren. Je kunt zeggen ‘Dat heb ik gedaan. Daar heb in een heel goede bijdrage aan geleverd. Die mensen heb ik geholpen’. Als wethouder zat ik soms in de stad wat te eten, komt er iemand over mijn bord heen staan ‘Heb je m’n mailtje gelezen?’ Als je door de Langestraat loopt of in de kroeg zit, dan ben je de Amersfoorter die blijkbaar door iedereen aangesproken kan worden. Het zit heel dicht op je leven. Tegelijkertijd ben je wel heel erg 24/7 bezig met de stad.
Als gedeputeerde In de provincie Utrecht is het allemaal wat verder weg, conceptueler. De lijnen zijn veel langer. Minder direct. Je levert een bijdrage aan een gemeente of een aantal gemeentes die iets willen met elkaar. Je bent daar niet zo zichtbaar in. Je hebt met Brussel te maken of Den Haag of buurprovincies…. Je zit veel aan de voorkant van ontwikkelingen, veel strategischer.’’ Als gedeputeerde kan en wil hij Amersfoort niet bevoordelen boven de andere 25 gemeenten in de provincie. ,,Als je twee kinderen hebt, zijn ze je allebei even lief. Ik heb nog 25 andere gemeentes die me even lief zijn, maar het is wel verleidelijk om Amersfoort een handje te helpen of extra geld te geven, maar dat is niet van toepassing. Als Amersfoort een goed plan heeft, kan de gemeente meedingen.’’

Portret 5 Pim van den Berg.jpg

Van den Berg verbaast zich erover dat veel gemeenteraadsleden zo weinig weten over Provinciale Staten. ,,Je zou individuele raadsleden eens moeten vragen of ze weten wat een statenlid doet. Er zou veel meer gebruik gemaakt kunnen worden van die pendel tussen de overheidslagen. Dat doet de politiek in z’n algemeenheid veel te weinig.’’

Decathlon

Over de mogelijke vestiging van sportwarenhuis Decathlon aan de Bergpas in Vathorst raakte hij in 2016 in conflict met oud-collega en wethouder Hans Buijtelaar. Mocht het Franse sportwarenhuis samen met bioscoop, restaurant en bowlingscentrum nu wel of niet worden gevestigd op die plek in de ‘oksel’ van de A1? De provincie en Van den Berg zeiden van niet. In de provinciale ruimtelijke structuurvisie was vastgelegd dat er op die plek geen detailhandel is toegestaan. Zo’n megastore zou ten koste gaan van de Amersfoortse binnenstad.
,,Amersfoort heeft in toenemende mate te maken met winkelleegstand door het 24/7 online winkelen’’, licht Van den Berg toe. Hij constateert ook de opkomst van winkelketens in de binnenstad. ,,Steeds minder winkeliers zijn nog eigenaar/bewoners van hun winkelpand. En dat maakt het heel kwetsbaar. Gelukkig is hier Hudson Bay neergestreken, maar in Zeist ben ik nu bezig met een leegstaand pand van de V &D. Je wilt niet weten wat voor impact die leegstand heeft voor de binnenstad en het winkelcentrum in Zeist. Dat geldt ook voor Amersfoort. De Koopgoot heeft nog nooit gelopen. Het zijn allemaal zaken waar je je terdege bewust van moet zijn. Los dat nou eerst op want zo’n megastore gaat ten koste van de kwaliteit van je binnenstad.’’

VVD-wethouder Buijtelaar dacht dat de vestiging van Decathlon geen grote gevolgen zou hebben voor de binnenstad. Hij vond dat de gemeente zelf goed in staat was dit soort besluiten te nemen. De Utrechtse gedeputeerde en de Amersfoortse wethouder buitelden over elkaar heen. Buijtelaar twitterde dat Van den Berg als wethouder van Amersfoort ook voorstander was voor grote sportwinkels in het buitengebied en dat hij nu als gedeputeerde het tegenovergestelde riep. Van den Berg ontkent dat hij als wethouder iets anders heeft geroepen. ,,Buijtelaar weet heel nadrukkelijk dat dit nooit beleid is geweest, tenminste niet toen ik wethouder Economische Zaken in Amersfoort was. Kijk maar in de nota Economie. Daar staat niet in dat wij dit soort grootschalige detailhandel op onze bedrijventerrein De Isselt, Wieken Vinkenhoef, Vathorst willen. Buijtelaar zat bij die colleges, maar ik ga niet uit de colleges flappen.’’
Als gedeputeerde verdedigt Van den Berg het provinciaal beleid. ,, Amersfoort roept wel Decathlon, maar er zijn ook nog een aantal andere gemeenten rondom Amersfoort waar Decathlon geprobeerd heeft vestigingen neer te zetten. Dan is het verstandig in regionaal verband hierover afspraken te maken en als dat niet gebeurt dan zal de provincie zeggen ‘Het is niet verstandig’. Wij hebben in de ruimtelijke structuurvisie afgesproken dat auto’s, boten en caravans (ABC) en dergelijke vallen onder volumineuze goederen en zijn toegestaan in het buitengebied. Detailhandel is dat niet. ,,Ik heb tegen het gemeentebestuur van Amersfoort gezegd niet naar de casus Decathlon te kijken, maar naar het detailhandelsbeleid. Wat wil je met dit soort megastores in relatie tot je kwetsbare binnenstad? Ben je niet aan het kannibaliseren op de binnenstad of op Nijkerk of Bunschoten als je zo’n grote megastore hier neerzet. Dat betekent dat we deze megastores in de provincie Utrecht niet toestaan in het buitengebied. Er zijn twee plekken in Nederland waar Decathlon een ‘flagstore’ heeft van 1800 tot 2000 m2. Die locaties waren en zijn er ook in de binnenstad van Amersfoort. Laat ze daar dan gaan zitten als ze zo nodig in Amersfoort willen zitten. Even los van het feit dat als Decathlon over vijf jaar zegt. ‘Het is het toch niet helemaal’. Dan ben ik benieuwd wat je dan met het pand gaat doen. Wij hebben ingezet op zorgvuldigheid.’’

Kantoren

Een belangrijk wapenfeit van het college van Gedeputeerde Staten was iets te doen aan de enorme kantorenleegstand in de provincie en dus ook in Amersfoort. Bijna 20 procent van de kantoren staat leeg, terwijl er volgens de bestemmingsplannen nog heel veel kantoren bij zouden kunnen. De provincie heeft rigoureus in die kantoormeters geschrapt. Alleen in Amersfoort werd meer dan 200.000 m² aan kantoorruimte in bestemmingsplannen geschrapt op locaties in Hooglanderveen/Laak 3, Podium en het Stationsgebied. En leegstaande kantoorpanden kregen een woonfunctie. Toch pleit de gemeente Amersfoort bij de provincie voor een grotere flexibiliteit voor wat betreft de kantoormeters die nog wel mogen worden gebouwd. Zo wil Amersfoort kunnen schuiven met de plekken waar die kantoren zouden moeten komen. De gemeente wil meer kantoren kunnen bouwen in het Stationsgebied, de Wagenwerkplaats en de Hoef-West.

Van den Berg benadrukt dat het belangrijk is dat als Amersfoort roept om kantoren er op de nodige plekken ook kantoren gebouwd mogen worden, zoals bijvoorbeeld bij het Trapezium. ,,Dat geldt ook voor de stationslocatie en voor de transformatie van het oude rechtbankgebouw.’’ Van den Berg geeft aan dat Amersfoort nog kantoren kan bijbouwen op de Wagenwerkplaats en achter de Albert Hein en Mediamarkt. ,,Aan de kant van het Eemplein, aan de Gaslaan, is nog beperkte ruimte naast het spoor. Dat is ruimte die niet uit de bestemmingsplannen is gestreept, waar ze nog volop kantoren kunnen bouwen.’’ Waar de provincie wel naar kijkt is of er binnen het bestemmingsplan een beetje geschoven kan worden met kantoorlocaties, als verschuiven beter is vanuit het oogpunt van leefbaarheid of bereikbaarheid.’’
De provincie is er geen voorstander van om nu extra kantorenmeters, bovenop wat kan en mag in het bestemmingsplan, toe te staan. Uit voortgangsberekeningen blijkt niet dat er nu heel veel behoefte is aan kantoren, zegt hij. ,,Hou die markt nou even gesloten om kwalitatief te kunnen invullen waar je kunt invullen. Het gaat niet alleen om kantoren, het gaat om de leefbaarheid van je stad.’’ Hij wil voorkomen dat er kantoorpanden in Amersfoort leeg blijven staan, terwijl er elders een nieuw kantoorpand gebouwd wordt.
Van den Berg waarschuwt tegen nieuwe kantoren op de Hoef-West. ,,Ik zou met de forse leegstand van kantoren mezelf nog even achter de oren krabben of je daar überhaupt kantoren wil gaan bouwen. Niet doen, niet doen. Niet verstandig. De provincie gaat daar niet aan meewerken. Welke discussie wel speelt, is de vraag of er binnen het bestemmingsplan met kantoorlocaties kan worden geschoven,’’ legt de gedeputeerde uit. ,,Als we het daar weghalen, want we hebben het elders nodig omdat het beter uitkomt op het gebied van leefbaarheid en bereikbaarheid. Binnen het bestemmingsplan een beetje heen en weer schuiven.’’

Een ander punt van ergernis bij het Amersfoorts gemeentebestuur is dat de provincie geen detailhandel toestaat op de Stationsstraat. ,,Het is niet zo dat wij geen nieuwe detailhandel toestaan’’, stelt Van den Berg. ,,Ik zou het een hele goeie vinden als ze meer levendigheid in die dooie plint zouden brengen. Dat kunnen prima winkels zijn. We kijken wel heel nadrukkelijk naar de aanloopstraten. Als er nieuwe substantiële toevoegingen zijn van bijvoorbeeld woningen, dan is het heel evident dat je daar detailhandel bijzet. En er worden hier nog minstens 800 woningen aan de overkant gebouwd naast de Soesterhof…’’

Wat vindt u eigenlijk van de provincie als bestuurslaag? Bestuurlijke vernieuwing en het opheffen van de provincies was toch altijd een van de kroonjuwelen van D66?

,,De kritiek op provincies is niet verdwenen. Alleen heeft D66 een vitrinekast waar je dus doorheen kunt kijken en die kroonjuwelen staan achter de borden. Maar we zijn kritisch op democratie in de breedte: Europa, provincie, waterschappen, referendum, inspraak of buurtspraak. Het gaat ons om de kwaliteit van het proces. Als bestuurder moet je vanuit de problematiek denken, en niet vanuit een bestuurslijn. De economie houdt zich ook niet aan bestuurlijke grenzen die wij een keer verzonnen hebben. We hebben ook al eerder discussie gehad om de drie, vier provincies in West-Nederland samen te voegen. Dat zal manifester worden omdat we het Vinex ruimtelijk beleid hebben losgelaten en veel mensen in de grote stad willen wonen en in toenemende mate naar de grote stad trekken: de Randstad. En dan is het niet vreemd om op dat niveau na te denken over vervoersystemen, over woningbouw of energietransitie.
Ik weet niet waar de regionale economie begint of ophoudt. Ik weet ook niet waar Food Valley begint en ophoudt. De Regio Amersfoort, daar zitten Nijkerk en Barneveld ook in. Dat is grens- en provincieoverschrijdend. Daar heb ik geen bezwaar tegen. En als gemeentes met de ruggen naar elkaar toe staan, is het belangrijk dat er een bestuurlijk entiteit is in het Huis van Thorbecke die zegt ‘Volgens mij moeten we dit niet willen’.’’

Energietransitie

Een van de belangrijke onderwerpen waarvoor hij als gedeputeerde verantwoordelijk is, is de energietransitie. De doelstellingen in het Klimaatakkoord voor de komende jaren zijn ambitieus. Niet alleen moet de uitstoot van koolstofdioxide (CO²) naar beneden, ook moet de energie steeds duurzamer worden. ,,In 2030 moeten we op 50 procent CO² reductie zitten. In 2050 moeten we energieneutraal zijn.’’
Bij al die ambitieuze doelstellingen valt de energie die in Utrecht duurzaam wordt opgewekt nogal tegen. ,,Het is nu bijna vijf procent en dat moet in 2023 groeien naar 16 procent en in 2030 oplopen naar 30 procent.’’
Gaat dat wel lukken?
,,Of het gaat lukken is niet zozeer de vraag’’, vindt Van den Berg. ,,Maar of wij met zijn allen in staat zijn te beseffen dat er iets serieus aan de hand is en dat we niet moeten verneuzelen door de vraag of het wel betaalbaar is.’’ Voor Van den Berg staat als een paal boven water dat er wat moet gebeuren. ,,Het is evident. Klimaat is niet links of rechts. We zullen er iets mee moeten. We hebben ons ertoe te verhouden. En het heeft heel veel kansen voor de werkgelegenheid, voor innovatie, voor productie. Het is ook een moreel vraagstuk.’’
Maar waarom doet Utrecht het nu zo slecht op het gebied van duurzaamheid?
,,Dat kun je mij wel een beetje aanrekenen’’, erkent Van den Berg. ,,Bij de coalitiebesprekingen heb ik maar acht miljoen beschikbaar gekregen voor energietransities. Dat is erg weinig. Dat zou weleens een vraagstuk zijn voor de coalitiebesprekingen straks. Moeten we er geen tandje bij gaan zetten? We zouden veel meer aan transitie kunnen doen, ook als het gaat om ondersteunen van coöperaties, om financiering van innovaties, aan besparingszaken.’’
,,We zijn een vrij arme provincie. Dat heeft ook te maken met het feit dat we als provincie geen energiecoöperaties, energiebedrijven hebben verkocht in het verleden. We hadden de REMU. We zijn nog steeds in gevecht met de rechtsopvolgers voor een vergoeding van ons aandelenkapitaal. We hebben ook wel een paar nadelen als provincie met het drukst bevaarbare kanaal van Europa waar wordt ontgast door tankers en binnenschepen. De grootste vervoersassen van Europa gaan dwars door onze provincie heen en we hebben een enorm veen- en weidegebied waar je een enorme CO² uitstoot hebt. Dat zijn wel vraagstukken.’’

4 Portret Pim van den Berg.jpg

Van den Berg legt uit dat de provincie Utrecht voor de energietransitie is opgedeeld in drie regio’s: Regio Amersfoort, Utrecht en Food Valley. Deze regio’s maken een eigen regionale energiestrategie waarin staat welk deel van de nationale klimaat- en energiedoelstellingen binnen deze regio gehaald gaat worden. ,,De gemeentes moeten allemaal een inventarisatie doen: een standaardmeting. Wat verbruiken de gemeenten nu aan energie en wat kunnen zij opwekken aan energie in kilowatt/uur. Zo ook met uitstoot van C0². Gemeenten moeten kijken of zij een vragende gemeente zijn of een leverende gemeente.’’
In Amersfoort ziet Van den Berg voldoende mogelijkheden voor besparing en opwekking van duurzame energie. ,,Bijvoorbeeld op de afvalberg van Smink. Daar mag je binnen een bepaalde zone niet bouwen, omdat het een afvalberg is, maar je kunt er prima zonnepanelen kwijt. En denk aan de grond bij Vathorst-Noord, aan de overkant van de Laak, waar een ontwikkelaar in gesprek is met OBV (Ontwikkelbedrijf Vathorst) om een zonnepark neer te leggen.’’ Bij de aanleg van de zonneparken voorziet Van den Berg nog niet het grootste probleem. ,,Ik zou het veel interessanter vinden als Amersfoort de initiatieven van een aantal wind coöperaties gaat omarmen, bijvoorbeeld in het Soesterkwartier. Aan het einde van de Isselt, vlakbij de zuiveringsinstallatie. Dat ze daar een windmolen kunnen neerzetten voor een aantal huizen in het Soesterkwartier. Maar knooppunt Hoevelaken is ook een prima locatie om naast die twee reclamezuilen een aantal windmolens neer te zetten.

En hoe overwint u die weerstand dan?

,,Het klimaatakkoord moet aansturen op tenminste 50 procent coöperaties. Wij helpen coöperaties opzetten. Uit onderzoek blijkt dat op het moment dat die windmolen van de gemeenschap en dus van de omwonenden is, 80 procent van de mensen het wel ziet zitten. Ik vind het belangrijk dat mensen betrokken zijn bij hun omgeving, ook voor hun energievoorziening. Gemeenschappen die over hun eigen energievoorziening gaan, zijn het sterkst, ook in onderlinge binding. Die gemeenschapszin is vele malen belangrijker dan die windmolen. En als je de opbrengst uit die windmolen gebruikt om de energiekosten van 500 huishoudens twee tientjes per maand naar beneden te krijgen… Een aantal mensen in het Soesterkwartier kan dat prima gebruiken. Of je financiert van de opbrengst van je buurtmolen de trapveldjes van, het groenfonds voor de buurt of de klaverjasvereniging. Als het terugkomt naar de gemeenschap dan is die molen van jou.

Het ruimtebeslag dat hoort bij de energietransitie is volgens Van den Berg net zoiets als het ruimtebeslag dat wordt gedaan door de landbouw, de woningbouw en de natuur. Energietransitie is ‘a new kid on the block’ van de provincie Utrecht die we al duizend jaar aan het omploegen zijn, aan het verbouwen. Ik heb niet zo veel met mooi of lelijk. Dat protest tegen windmolens en zonneakkers ken ik wel. Je moet uitleggen en ook daadwerkelijk organiseren dat die windmolens van mensen zijn. Op dit moment zijn in Flevoland die oude windmolens toe aan vervanging. Er zijn gemeenschappen in Flevoland die zeggen je blijft van mijn molen af, hij wordt niet vervangen. Zij zijn er inmiddels aan gehecht; hun molen. Vernieuwing is altijd ingewikkeld omdat je wordt geconfronteerd met de romantiek van het landschap, gestolde belangen of de status quo.

Hoe ziet u de rol van de provincie in dit traject?

,,Stimuleren, verbinden, zicht bieden op en kansen benutten. Wij faciliteren. Wij brengen de voorwaarden aan zodat het kan. Wij agenderen, zowel in de regio als in Den Haag. Wij brengen partijen samen. Aan de hand van het energieprogramma leg ik het als volgt uit. Stel, ik heb vier miljoen voor het stimuleren van duurzame energie. Nou kan ik iedere inwoner van de provincie Utrecht met de kerst één zonnepaneel geven, maar of dat effectief is, is de vraag. Het is dan wel heel zichtbaar wat de provincie doet. Ik kan die vier miljoen ook in een fonds stoppen samen met de stad Utrecht en het laten verdrievoudigen door de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG). Zo heb ik samen met de stad Utrecht een fonds van 21 miljoen beschikbaar gekregen voor de hele provincie voor bedrijven die zonnepanelen willen aanleggen op het dak. Dan ben ik totaal niet zichtbaar, maar dan is de effectiviteit van het beleid groter.’’
,,De besturingsvormen die de provincie hanteert, zijn niet zo helder,’’ erkent Van den Berg. ,,We zijn niet zo afrekenbaar. Maar het is niet alleen maar ‘storytelling’, wat de provincie doet. Wij hebben ook restricties, We zeggen ook tot hier en niet verder als het gaat om rode contouren, als het gaat om kantoren. Dat is de werkwijze van de provincie.’’

En als de regio’s er met de energietransitie niet gezamenlijk uitkomen dan zal de provincie of het Rijk plekken aanwijzen waar windmolens, zonnevelden, biovergistingcentrales moeten komen. ,,Ik doe nu een rondje langs individuele gemeentes, confronteer ze met hun eigen coalitieprogramma’s, hoge ambitieniveaus. Hoe gaat u het doen? Soms is het antwoord dan ‘Ja, windmolens ligt hier erg slecht in het dorp. Zonneakkers willen we eigenlijk ook niet.’ Dan zeg ik welterusten, begrijpt u wel dat u even achterin de auto zit, voor wat betreft energietransitie. U moet uw ambitie bijstellen, of iemand anders in de maling nemen. Maar dit is serieuze business.’’

Blunder

Aan het eind van ons gesprek veert hij op. ,,Ik heb nog een blunder’’, roept hij haast uitgelaten. ,,Ik denk dat ik bij het coalitieakkoord van 2014 formeel had moeten regelen dat de broedplaats De War zich op die plek had mogen ontwikkelen. Dat heb ik nagelaten in de veronderstelling dat we daar wel uitkwamen. Uiteindelijk is dat gekocht door Rovase, eigenaar van de Volvo garage, en het gebied wordt nu ontwikkeld zonder dat de broedplaats daar kan blijven zitten. Ik was in de veronderstelling dat wij dat zouden regelen al dan niet met andere initiatieven op die plek. Dat we dat voor elkaar zouden krijgen in de periode dat ik wethouder was. Ik had het moeten regelen bij het coalitieakkoord ‘Broedplaatsen in Amersfoort’. Daar was de WAR onderdeel van. Ik reken me dat aan. Amersfoort, een stad van 160.000 inwoners heeft rafelranden nodig waar innovaties plaats kunnen vinden.’’

bijsluiter

Dit verhaal is mede mogelijk gemaakt door subsidie van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek. 

    nog geen reacties

(maak u bekend met uw volledige naam)

opmerkingen

Steun de Stadsbron!

U steunt ons met een gift via IDeal al met een bedrag vanaf 2 euro per artikel.

Draag bij!