In Spakenburg, eigenzinnig stadje op steenworp afstand van Amersfoort, hangen ze de vuile was niet gauw buiten. Dus als er verslaggevers ‘van buiten’ in het dorp komen informeren hoe het kan dat Spakenburg landelijk koploper is in het gemiddeld aantal coronabesmettingen, krijgen die allerlei verklaringen te horen die voornamelijk het positieve karakter van de Bunschoters en Spakenburg onderstrepen.
Burgemeester Melis van de Groep, zelf geboren en getogen Spakenburger, getuigt in de Volkskrant van de grote hechtheid van de gemeenschap waarover hij als sinds 2006 de scepter zwaait. ‘Als je hier de deur uitgaat, kom je elke twee stappen een bekende tegen. Dan is het heel moeilijk om géén praatje te maken. Om niet even op de koffie te gaan.’
Volgens de GGD Utrecht ontstaan besmettingen in Bunschoten-Spakenburg hoofdzakelijk binnen de ‘gezinssetting’, net als overal elders overigens. De gezinnen in het dorp zijn groter en de uitgevlogen gezinsleden blijven in het dorp wonen, en gaan op zondag op bezoek bij hun ouders. Nadat ze naar de kerk zijn geweest.
Die kerk speelt als besmettingsoorzaak geen grote rol, in tegenstelling tot in plaatsen als Barneveld en Voorthuizen. Van de Groep laat in de Volkskrant weten dat de plaatselijke kerken sinds de tweede lockdown hun diensten bijna allemaal online houden. Bovendien zijn, aldus Van de Groep, de kerken in zijn dorp ‘minder zwaar’ dan elders in de Biblebelt.
Ik zal als simpele Grimlacher niet pretenderen dat ik de volksaard van de Bunschoters en Spakenburgers kan doorgronden, maar ik heb er wel een béétje verstand van. Ik heb een paar jaar geleden aan de wieg gestaan van twee boeken over het dorp: Altijd de beste willen zijn dat de enorme competitiedrift in achttien portretten beschrijft, en Omzien naar elkaar dat zeventien voorbeelden laat zien van het grote verantwoordelijkheidsgevoel voor elkaar.
Twee totaal verschillende kanten van dezelfde medaille. Je hebt er twee voetbalclubs die elkaar op het hoogste amateurniveau op leven en dood bestrijden, en je hebt er een succesvolle fabrikant die in het weekend Amsterdamse daklozen van hutspot voorziet.
Eigenzinnig
Bovenal is de Spakenburger eigenzinnig. Dat is ontegenzeggelijk de erfenis van het visserijverleden. Dus de regen aan voorschriften die vanwege corona op hem neerdaalt, zal hij niet automatisch navolgen. Ja, je moet de overheid gehoorzamen, maar niet altijd.
Het zijn bovendien harde werkers. Velen van hen staan voor dag en dauw op om met hun eigen viskar of broodwagen naar een van de honderden markten in ons land te rijden. Hun producten behoren immers tot de essentiële levensbehoeften waarvan de verkoop niet verboden is. Dus rijden ze er, al dan niet besmet, ’s morgens heen en komen ze ’s avonds, al dan niet besmet, terug.
En na het harde doordeweekse werken, wacht vooral voor de jonge gasten in het weekend de ontspanning. Ze hebben geld zat en het dorp biedt volop vertier. Zo leent de Randmeerkust, en in het bijzonder Het Kleine Zeetje, zich uitstekend voor dansen en feesten en zuipen en blowen.
Er zijn veel drugsverslaafden in het dorp, maar vooral het alcoholgebruik is er extreem. ‘In veel gezinnen staan er dagelijks kleine en grotere glazen op tafel’, schreef Helma van den Berg in Omzien naar elkaar.
Al met al een giftig mengsel van lokale karaktertrekken dat een ideale broedplaats vormt voor het covidvirus.